woensdag 4 maart 2015

Zeven!

Zeven waren het er, zevenOp twee weken tijd en allemaal heel jonge mensen.De jongste was pas zestien. Een meisje, doorzeefd met vijf kogels. Wellicht had ze ook iets te maken met drugs, als gebruikster of als “aviãozinho”, vliegtuigje. Dat zijn kinderen en jongeren die de drugs van de dealers naar de gebruikers brengen.

Soms houden ze opbrengst van de verkoop voor zich omdat ze geld nodig hebben om te overleven. Of omdat ze de naam van de dealer doorgeven.Dan komen ze onvermijdelijk op de zwarte lijst van hen die vermoord moeten worden.Zo werkt het systeem, ongenadig en zonder veel complementen. Gewoon neerknallen dan maar op klaarlichte dag.

Pintadas leeft onder heel zware druk. In elke familie zijn er wel jongeren of volwassenen die drugs gebruiken.Een aantal jongeren is de stad al ontvlucht.Zuster Velzi is ook moeten vertrekken omdat ze jonge drugsgebruikers bijstaat. Ouderen durven niet meer op straat komen. Met de drugs zijn ook de diefstallen toegenomen. Bejaarde mensen zijn de eerste slachtoffers.

Wie het wat beter heeft, plaatst dikke tralies voor deuren en ramen. Dit wekt de illusie van veiligheid. Het helpt nauwelijks. Integendeel, het bevestigt dat daar rijkdommen te vinden zijn. Geld, computers, juwelen, tablets. Pintadaslijkt een stad vol wilde beesten die achter getraliede kooien leven.

Ook in Mundo Novo zijn er overal tralies. Het huis van de burgemeester heeft de aanblik van een verstrekte burcht. Mijn opvolger heeft overal tralies laten plaatsen aan ramen en deuren van het parochiecentrum. Er hangt wel een plaatje “Sejambemvindos”,“Welkom, maar dit verhoogt slechts de huiver.